Op donderdag 22 oktober 1896 liep op de scheepswerf Cockerill Yards
te Hoboken de nieuwe pakketboot “Princesse Clementine” van stapel.
Kroonprins Albert (de latere Koning) doopte de nieuwe aanwinst van de
lijn Oostende-Dover. Het schip had een lengte van 107m36 en een breedte
van 11m59. Zij was dus 13 m langer dan de “Rapide”. Zij was het laatste
schip van de lijn waarvan de aandrijving gebeurde met schoepenraderen.
De bouwprijs bedroeg 2.070.000 Belgische Franken.
De “Princesse Clementine” was uitgerust met een machine van 9.200 PK.
Haar gemiddelde snelheid bereikte ongeveer 22.2 knopen of ongeveer 41
kilometer per uur. Zij was in zacht staal gebouwd en verdeeld in twaalf
afgescheiden kompartimenten, hetgeen de veiligheid ten goede kwam.
De “Princess Clémentine” kon, verdeeld over drie zeer comfortabele
dekken, 700 passagiers vervoeren,. Aan boord van dit vaartuig werkte,
vanaf 3 november 1900 (en niet 1903 zoals vermeld in heel wat artikels),
voor het eerst een zendstation. Het was voortdurend in verbinding met
het telegraafstation van De Panne. Volgens het Oostends blad “L’Echo
d’Ostende” van 6-11-1900 werden op zaterdag 3 november 1900 om 17 uur de
eerste telegrams tussen de “Princesse Clementine” en het
telegraafstation van De Panne verzonden. Bij de terugkeer uit Dover, de
volgende dag, stuurde Commandant Robyns een telegram naar de
stationschef van Oostende-Kaai waarin het bevestigde dat het schip de
haven van Oostende zou binnenvaren rond 15u50.
Bij het uitbreken
van de Eerste wereldoorlog werd de “Princesse Clementine” ingezet door
de geallieerde troepen voor het vervoer van soldaten en bevoorrading van
Groot-Brittannië naar Frankrijk. Zoals de andere militaire schepen
werden ook op de “Princesse Clementine” de blauw-wit-grijs-zwarte
camouflagebanden aan de flanken en de bovenbouw van het schip
aangebracht.
In de eerste periode van 13 otober 1914 tot eind
april 1915 vervoerde de “Princesse Clementine” 4503 gewonde soldaten..
Vanaf 19 november 1915 deed de “Princesse Clementine” voor rekening van
de Britse admiraliteit 344 reizen en vervoerde in totaal 649.533
soldaten .
In september 1919 kwam de “Princesse Clementine” terug
in dienst van de lijn Oostende-Dover. Door de opkomst van de modernere
turbineschepen werd de “Princesse Clementine” meer en meer als
reserve-eenheid aanzien.
In 1928 werd het uit vaart genomen en werd in Duinkerke ontmanteld..
(oostendsenostalgie)
|
Geen opmerkingen:
Een reactie posten